Ga naar de inhoud

Hugo van Langen: “Het doel was de strijd voor een rechtvaardige samenleving, het socialisme”

“Beste vrienden en vriendinnen,

Als je de officiële herdenkingen over het gebeuren in de Tweede Wereldoorlog beluistert, dan krijg je de indruk dat het verzet van de arbeiders tussen 1940 en ’45 een van het verleden en toekomst losstaande gebeurtenis is geweest. In werkelijkheid is het een episode in een historisch proces dat begon met de opkomst van Mussolini in 1919 en Hitler in 1923, dat zich nu voortzet in de strijd tegen de afbraak van de democratie.

Hugo van Langen (foto: SB)

Het verzet van de arbeiders tijdens de Tweede Wereldoorlog beslaat op de historische tijdlijn een veel groter gebied dan alleen het verzet tussen 1940 en ’45. Al vóór de oorlog vochten arbeiders in Spanje als vrijwilligers tegen de fascistische benden van Franco die werd geholpen door Duitse en Italiaanse legers. Vóór de oorlog ontstonden overal antifascistische comités die voor onderdak zorgden voor de Duitse vluchtelingen. Wij hadden toen vijf Duitse vluchtelingen in huis. Dat was strafbaar. Als deze mensen werden opgepakt werden ze aan de grens rechtstreeks overgedragen aan de ‘Sicherheitsdienst’ van de Nazi’s.

Het gevaar voor fascisme blijft niet beperkt tot de tijd van de bezetting van ons land. Het ligt binnen het pure kapitalisme steeds op de loer. Dit keer is dat in Amerika.

Met Trump heeft het ruwe 19de eeuwse kapitalisme, zonder democratische franje, de macht overgenomen. Hij nam rechtstreeks de slagzin: ‘Amerika boven alles’ over van de Amerikaanse fascistische beweging genaamd: ‘American First’. Dat is het Amerikaanse evenbeeld van de Nederlandse NSB, die bij ons verboden is. In Amerika is die organisatie, compleet met hakenkruizen, nu meer dan ooit springlevend. De racistische term: ‘American First’ was een afgietsel van de door deze club zeer gewaardeerde leuze van de Duitse Nazi’s: ‘Deutschland über Alles’.

Het kapitalisme

Het kapitalisme is een verouderde maatschappijvorm met een schadelijke productiewijze die is gebaseerd op de wapen- en fossiele brandstofindustrie. Het kapitalisme is niet alleen meer een asociale bestaanswijze gebaseerd op diefstal van de door de werkende mensen gemaakte producten en de meerwaarde van hun arbeid, maar in deze fase van de geschiedenis bedreigt het kapitalisme op een buitengewoon ernstige wijze het kunnen voortbestaan van mens en milieu.

De eenzijdige 19deeeuwse liberaal-economische markteconomie past niet meer in deze moderne tijd. Het is onstabiel, asociaal, verkwistend en ondoelmatig. Het veroorzaakt een gigantische bureaucratie.

Het doel van de moedige strijd van de arbeiders met hun krachtig verzet in de Tweede Wereldoorlog was een onderdeel van het hoofddoel en dat was de strijd voor een rechtvaardige samenleving zonder tweedeling, dat voor velen een socialistische maatschappij is.

De vraag is nu: wat is eigenlijk kapitalisme? Is dat stelsel werkelijk wel zo goed en onmisbaar als de vertegenwoordigers ervan het ons willen doen geloven? Het antwoord is: neen. Het systeem zit eigenlijk heel simpel in elkaar. Een kleine groep egocentrische individuen in de samenleving kennen zichzelf het recht toe om fabrieken, ondernemingen, banken, grond en vindplaatsen van grondstoffen als hun eigendom te beschouwen.

Dat is ook het geval met de aardgasbronnen in Groningen. De technologisch onverantwoorde manier waarmee zij de gaswinning uitvoeren, is alleen gericht op het maken van superwinsten voor een kleine groep aandeelhouders waarvan de meesten ook nog in het buitenland wonen. De gevolgen blijken rampzalig te zijn voor de bestaansmogelijkheden van de Groningse mensen, maar dat interesseert deze lieden geen lor.

De gehele sector van de bezittende klasse staat buiten de democratische controle van het parlement. De bezittende categorie, waar het hier om gaat, betreft de rijkste groep, die slechts 10% van de bevolking van Nederland uitmaakt. Dat clubje bezit maar liefst 61% van het totale vermogen van ons land.

(foto: FW)

De vakbeweging

De stem uit het verzet van de mensen van de Februari- en April-meistakingen vraagt aan de naoorlogse generaties om de strijd voor een alternatief, rechtvaardig Staatsbestel in de samenleving voort te zetten. Daarmee halen we ook de oorzaak van het fascisme en de misdaad uit de samenleving weg. Die stem klinkt in het bijzonder in de richting van de vakbeweging die frontaal tegenover het kapitalisme staat.

Het volstaat niet meer om zich uitsluitend bezig te houden met loonvraagstukken en het opvangen van de gevolgen van de maatregelen van de bedrijfseigenaren met ‘sociale paragrafen’. Daar zijn we al honderd jaar mee bezig geweest zonder ook maar een krasje schade op de kapitalistische gezagspiramide aan te brengen. Het maakt het kapitalistische tijdperk tijdelijk alleen maar een beetje beter bewoonbaar, maar steeds weer blijkt dat de behaalde resultaten rusten op drijfzand. Steeds weer blijkt het privaatrecht van de rijke sector doorslaggevend te zijn. En dat moet dus worden aangepakt anders komen we niet verder. De wetten op privaatbezit moeten worden vervangen door wetten op gemeenschapsbezit. Dat is eigenlijk een logische democratische eis waar niets bijzonders aan is.

De vakbeweging moet zich richten op het afschaffen van het privé-eigendom van productiemiddelen, banken, grond en vindplaatsen van grondstoffen. Dat is de hoofdrichting op de weg naar een nieuw tijdperk waar aan het eind ervan, het onmaatschappelijk privé-eigendom is vervangen door het maatschappelijk eigendom van de gemeenschap.

De tijd is rijp dat er wordt gewerkt aan een model waarin een concrete structuur van een democratische organisatie wordt opgezet dat als perspectief kan dienen voor de strijd voor een tijdperk waar de mensen vrij zijn van uitbuiting, waarbij kennis, macht en inkomen gelijk worden verdeeld, waarin alle maatschappelijke instituten, organen en bedrijven rusten op democratische zelfsturing.

Dat is een tijdperk met een samenleving die haar toekomst heeft in gemeenschappelijk geformuleerde rechten voor gemeenschapsbezit. Dat is een samenleving waarin werkende mensen volledige zeggenschap en zelfbeschikking hebben over alles waarbij zij betrokken zijn. Die maatschappij heet: ‘Socialisme’. De vakorganisatie is de belangrijkste organisatorische macht om die maatschappij met strijd voor fundamentele democratie te kunnen bereiken. Zij beschikt over de wapens die het kapitalisme de beslissende nederlaag kan toebrengen. De politieke partij moet hiervoor de solidariteit in brede lagen van de samenleving organiseren.

Deze doelstellingen, gericht op de tijd van na de oorlog, vormden de grondgedachte in de vele gesprekken die tijdens de oorlog door de verzetsmensen met elkaar werden gevoerd. Dat is waarvoor zij hebben gestreden. Dat perspectief was het lichtpunt aan de horizon dat aan hen de motivatie gaf voor het voeren van politieke strijd met de Februari- en April-meistakingen tegen de kapitalistische, fascistische onderdrukker. Dat is meer dan de specifieke, op zichzelf staande gebeurtenis begrensd tussen 1940 en ’45, zonder daarbij de ontwikkelingen te betrekken die verband houden met datgene wat er vóór de oorlog is gebeurd en wat er ná de oorlog moet gebeuren. Voor progressieve mensen is het verleden het fundament van het heden en maakt de toekomst deel uit van de werkelijkheid.

(foto: FW)

Een nieuwe maatschappij

De bouwstenen voor het opbouwen van een nieuwe maatschappij liggen voor het oprapen in de snel veranderende samenleving. De mensen eisen steeds meer zeggenschap over de dingen die hun leven bepalen. Als we zicht op die toekomst willen krijgen, dan zullen we daartoe de beelden en doelstellingen moeten creëren om daarop de strijd voor een betere toekomst te kunnen richten. We moeten een concreet model van de alternatieve samenleving opzetten dat ook voor de tegenwoordige mensen een lichtpunt aan de horizon is dat hen motiveert om aan de strijd voor het bereiken van die samenleving mee te gaan doen.

Zonder zichtbare, systeem doorbrekende doelen komen mensen niet in beweging. De tijd dat we ons slechts bezig hielden met het bewoonbaar maken van het kapitalisme is voorgoed voorbij.

Er zal veel strijd en denkkracht nodig zijn om al deze nieuwe taken uit te voeren. De leidinggevende kaders van de vakbeweging moeten hiervoor worden bijgeschoold. De politieke strijd van de arbeiders, in de Februari- en de April-meistakingen, konden zij met succes uitvoeren omdat zij de beginselen die hier aan de orde kwamen in hun achterhoofd hadden.

Zij hadden een wereld voor ogen waar fabrieken en ondernemingen niet meer het eigendom zijn van enkelen maar van allen, waar banken niet meer het nut dienen van enkelen maar het nut dienen van allen, waar grond niet meer het eigendom is van enkelen maar het eigendom is van allen, waar een staatsbestel zal zijn dat niet meer het privé-eigendom van enkelen beschermt maar het eigendom van allen beschermt.

Het kapitalistische tijdperk is niet meer in gunstige zin te veranderen zoals onze sociaaldemocratische vrienden zich dat vergeefs ten doel stelden. De ruimte daarvoor bestaat niet meer. De rek is er uit. We leven in een situatie dat het dringend noodzakelijk is, dat we ons gaan inzetten voor verandering naar een ander tijdperk. Dat is voor de vakbeweging een nieuwe, dit keer een politieke opdracht, zoals de strijd in het verzet ook een politieke zaak was. Hiertoe zijn systeem doorbekende doelstellingen nodig. Onze samenleving bevindt zich op een kantelpunt. Het kapitalisme verkeert in haar terminale stadium. De kritieke grens is bereikt, de evolutionaire veranderingen die binnen de samenleving gaande zijn, kunnen niet meer worden teruggedraaid. Maar ook de strijdmethoden van de progressieve partijen en vakorganisaties moeten op deze op gang zijnde maatschappijtransitie worden aangesloten. Zij moeten naar een hoger niveau. De prachtige Evolutietheorie van Darwin leert ons dat nieuwe soorten worden geboren in de baarmoeder van de oude soorten. Zo gaat het ook met geboorte van het nieuwe tijdperk, de nieuwe maatschappij. Het kapitalisme is in dit opzicht hoogzwanger van het socialisme.

De oude kapitalistische maatschappijsoort is instabiel en kwetsbaar voor verstoringen geworden. Na de ene crisis staat de andere nog heviger crisis voor de deur. Maar ook….., de ondergaande kapitalistische maatschappij opent de deur wagenwijd voor radicale veranderingen naar een fundamenteel andere maatschappij. Het is nodig om zowel de bestaande structuur, cultuur, de werkwijze en de klassieke manier van het benaderen van problemen, op de schop te nemen. Dat betekent simpelweg het omkeren van ons denken, handelen en organiseren. Dat vergt natuurlijk grote inspanning, maar dat kostte het organiseren van de Februari- en April-meistakingen ook.

Opdracht aan de jeugd

Beste vrienden en vriendinnen,

Deze aandachtspunten zijn de grondgedachte die de verzetsmensen nalieten aan de generaties van na de oorlog. Het is prachtig dat de jeugd in beweging komt om voor de toekomst te vechten. Ze worden steeds jonger! Ze gaan er zelfs voor spijbelen!

Zij zullen ongetwijfeld in de loop van hun werk steeds meer mensen weten te mobiliseren om op te komen voor de taken die aan ons werden nagelaten door de arbeiders van de Februari- en April-meistakingen in de oorlog. Volgens deze grondbeginselen moet de maatschappij van privaat bezit worden omgevormd naar een maatschappij van gemeenschapsbezit van productiemiddelen, banken, grond en vindplaatsen van grondstoffen.

Ik hoop iets te hebben overgebracht van het gedachtegoed van de arbeiders en andere werkende mensen die aan het verzet tegen het Duitse fascisme hebben deelgenomen. Het is in zijn totaliteit uiteindelijk de strijd tegen de oorzaak van het fascisme en dat is het kapitalisme, dat steeds weer de voedingsbodem voor het fascisme en de criminaliteit in de samenleving blijkt te zijn. Het tijdperk ‘kapitalisme’ heeft zijn tijd gehad, daarin valt niets meer in gunstige zin te veranderen. Ik zou zeggen: komt allen, socialisten, communisten, progressieven eensgezind op voor een ander, nieuw tijdperk: het ‘socialisme’! Laten we breken met: ‘oude vormen en gedachten’ zoals wordt gevraagd in het beroemde strijdlied de: ‘Internationale’.

Beste vrienden en vriendinnen, tot besluit,

Ik kom zelf uit Rotterdam waar je van jongs af aan wordt bijgebracht: ‘Niet lullen maar poetsen’ en: ‘laat het niet bij woorden maar ga over naar daden’. Ik weet zeker dat Levin na mijn ‘woorden’ zal overgaan naar de ‘daden’ die ons te doen staan om zich in de geest van het verzet van onze arbeiders in hun prachtige, voor Europa unieke openlijke Februari- en April-meistakingen, actief in te zetten voor een wereld zonder uitbuiting, voor vrede en voor een duurzaam milieu.

Ik dank jullie hartelijk voor de aandacht.

(foto: FW)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *