Ga naar de inhoud

“Eeuwige roem aan hen”

Vanaf het najaar van 1943 bracht Jan Bonekamp steeds meer tijd door in de Zaanstreek. Jan Brasser, commandant van de RVV en partijgenoot en Hoogoven-collega van ‘Kleine Jan’, was afkomstig uit Uitgeest. Vanaf Uitgeest is het niet ver naar Krommenie, waar Jan Brasser ook zijn toekomstige vrouw leerde kennen, die daar een wolwinkel had. Dit adres werd ook door Jan Bonekamp en Hannie Schaft regelmatig aangedaan voor illegale besprekingen.

Samen pleegden Jan Bonekamp en Jan Brasser verschillende aanslagen en acties in de Zaan: onder meer de overval op het gemeentehuis van Wormerveer, waarbij Jan Bonekamp de tegenstribbelende NSB-burgemeester Piet de Vries oprolde in een stuk tapijt, wat hem de bijnaam ‘Piet Oublie’ opleverde. En de aanslag op foute politieman Ragut in Zaandam, waarbij Jan Bonekamp zelf dodelijk gewond raakte.

Bevrijding

Wim Hulst was lid van de Zaanse districtsleiding van de illegale CPN en werkte mee aan het speciale bevrijdingsnummer dat verscheen op 7 mei 1945. Met een paginagroot artikel – “Onze Vrijheid kostte levens!” – werd een aantal gevallen kameraden in herinnering geroepen.

Wim Hulst: “Aan het eind van de oorlog was voorbereid dat zodra de bevrijding er zou zijn, er een krant gedrukt zou worden, uitgegeven. En dat kon gebeuren bij de drukkerij Knijnenberg in Krommenie. Het aardige was dat die stroom konden betrekken, illegaal, via de daarachter gelegen Blikfabrieken. Er werd een draad gespannen zodat de machines daar konden draaien. En op de avond van de bevrijding kwam Jan van Wijngaarden en zei: ‘Nou, we moeten nu die krant uitgeven’, we moeten dit en dat, afijn. Ik heb toen nog in allerijl dat gedicht gemaakt voor die eerste krant, ‘Eeuwige roem aan hen’. Dat is ook afgedrukt. Twee dagen later kon die krant dus verschijnen.”

Over Jan Bonekamp werd geschreven:

“Reeds het eerste jaar van de bezetting nam hij deel aan de strijd tegen de Nazi-bezetter. In het Hoogovenbedrijf, waar hij als arbeider werkzaam was, stond hij in de eerste rijen der strijders. Meerdere keren kwam hij voor de eisen der arbeiders op. Een belangrijk aandeel had hij in de tot stand koming der Februari-staking in het bedrijf.
Bij de grote staking in 1943 werd hij, te samen met honderden anderen, door de Grüne gearresteerd. Door zijn moedige houding en hardnekkig ontkennen liet men hem vrij. Toen de Nazi-politie haar vergissing bemerkte en Jan een week hierna weer wilde arresteren, onttrok deze zich, door onder te duiken, aan de greep der Nazi’s.
Tijdens het moeilijke leven van politiek onderduiker, ontpopte Jan zich als één der beste en moedigste strijders.
In de herfst van 1943 kreeg hij contact met de verzetsbeweging en trad hij toe tot de Raad van Verzet.
Talrijk zijn de bloedhonden der S.D., welke door zijn hand neergeschoten, verhinderd werden hun Judaswerk voort te zetten. Hieronder bevonden zich de meeste beruchte provocateurs. Vooral op dit terrein van zijn veelzijdige activiteit heeft hij de illegale beweging, en daarmede het Nederlandse volk, grote diensten bewezen. Zonder overdrijving kan dan ook gezegd worden, dat hij op deze wijze honderden illegale werkers voor arrestatie heeft behoed.
Op nagenoeg ieder terrein van het verzet was Jan te vinden. Zijn deelneming aan Gemeentehuis-overvallen (Wormerveer, Heilo), pogingen tot bevrijding van gevangenen (gevangenis Weteringschans), spoorweg- en springstofaanslagen (P.E.N.-centrale) spreken in deze duidelijke taal.
Bij het neerschieten één der hoogst gesalarieerde S.D.-agenten werd zijn grote staat van dienst in de vrijheidsstrijd van ons volk besloten. Ofschoon hij ook deze dodelijk wist te treffen, zond deze mensenjager (Kap. van Pol. Ragut te Zaandam) hem vele schoten achterna. Eén hiervan trof Jan en zwaar gewond zakte hij inéén.
(…) Jan Bonekamp stierf, zoals hij geleefd had: strijdend tot zijn laatste ademtocht.”

“Eeuwige roem aan hen”

Staakt een moment Uw blijde zangen
en ziet aan het vers omwoelde land.
Hier liggen zij, de vele jonge doden,
de vrijheidsoffers van ons vaderland.
Ontbloot Uw hoofd ter eere van die helden,
Neigt stil Uw vaandel op dit eenzaam graf.
Legt bloemenkransen neer bij elke dode
die ’t leven voor de vrijheid gaf.

Hoe smart’lijk velen zijn gevallen
hoe ver het oog, zo ziet de aarde zwart.
Welk leed om U, zo zwaar getroffen,
wat diep de pijn, die treft ons kloppend hart.
Wat kort geleden nog, toen wij U hoorden spreken,
van strijd vol moed, maar niet van haat.
Hoe woest die arm, die jullie stem deed breken,
Vergeef ons onze tranen kameraad.

Hoe makkers kunt gij nog beseffen,
de leegte van Uw plaats in onze rij.
Hoe lang reeds stonden wij te saam verenigd
opnieuw steeds vechtend zij aan zij.
Gij wilt niet dat we blijven treuren,
wij zweren dat we verder gaan.
Gerechtigheid is weer herboren,
zij klaagt Uw beulen aanstonds aan.

Geëerd gij doden, die hier ligt begraven,
in jonge kracht zo bruut vermoord.
Uw stemmen zwijgen maar in de gedachten
leeft gij in ons allen voort
Een eeuw’ge roem omkranst uw namen,
haar glans is om uw bleek gelaat.
Ontvangt vanuit millioenen handen
het eerevaandel kameraad!

Bronnen:

  • De Waarheid, Editie Noord-Holland, 7 mei 1945
  • De Waarheid, Stadseditie, 19 oktober 1945
  • Collectie Wim Hulst, IISG

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *